Behorend tot: redactiepagina's                                                   versie: 28-11-2013

Protocol voor opstellen dichtbibliografie


Volgorde van onderzoek | notitiewijze


Volgorde van onderzoek bij samenstellen van bibliografie van afzonderlijke dichters.

1. Catalogus Koninklijke Bibliotheek
a. Zoek op auteursnaam – dan: publicaties. In geval van pseudoniemen moet apart op publicaties per pseudoniem gezocht worden.
b. Werk in chronologische volgorde alle titels af. Alleen dan ontstaat een werkbaar en helder beeld van de drukgeschiedenis.
c. Noteer alle dichtwerken van 6 of meer pagina's. Als uit de omschrijving bij de KB niet duidelijk wordt wat het genre van een titel is, biedt het Lectuur Repertorium tot 1978 uitkomst; latere werken kunnen vaak bij Antiqbook.com of Boekwinkeltjes.nl gecheckt.
d. Maak notities van andere genres, opdat de basis van de biografie kan worden gevormd (b.v.: 'dichter, prozaïst en jeugdboekenschrijver', of 'toneelschrijver, essayist en dichter'- de volgorde hangt af van in welk genre de auteur het actiefst was/is.

2. Catalogus Poëziecentrum Gent

3. Catalogus Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience

4. Catalogus Poëziecentrum Nederland

5. Catalogus Koninklijke Bibliotheek Brussel

6. Catalogus British Library, Londen

7. Lectuur Repertoria – als check op eventuele omissies.

naar boven

Wijze van noteren.


1. [auteursnaam; achternaam, voornaam – als op titelblad of als in catalogi vermeld]. Dit is enkel van belang bij vermelding op de jaaroverzichten; op afzonderlijke dichterslemma's kan de naam achterwege blijven, tenzij deze anders is dan de doorgaans gebruikte auteursnaam.

2. Titel. Cursief. Als op titelpagina boek. Als de titel op omslag of rugzijde verschilt van titel op titelpagina, dan moet dit aan het eind van de boekschrijving vermeld worden.

3. Uitgeverijnaam. Bij coproducties alle uitgeverijen vermelden, gescheiden door 'spatie / [slash] spatie' – dit om rare regelafbrekingen te voorkomen.

4. Plaats van vestiging uitgeverij. Voor meerdere plaatsnamen bij coproducties etc. geldt hetzelfde als bij drie.

5. Jaar van verschijning.

6. Omvang. Op deze wijze (bij boek van 100 pagina's): 100p.
Bij boek van 100p. Met Romeinse gecijferde 10-pagina's tellende inleiding of nawoord zo: 'X, 100p' of 100p, Xp'.

7. Indien in een reeks: Na de omvangvermelding dat melden, plus reeksnummer.

8. Indien oplage-informatie bekend is deze vermelden.

9. Herdrukken na de reeksvermelding. Bij afwijkende omvang dat melden, evenals oplageinformatie.

Voorbeelden:

Bundel uit reeks:

Op kooi. Omon, Brussel, 1973. 44p. Noorderzicht-reeks nr 399.

Bundel met aanvullende info:

De heerlijkheid onthanden. Serpentine, Antwerpen, 1973. [28]p. Oplage 165 genummerde ex. Gedrukt op vijf kleuren papier.

Bundel met meerdere uitgeverijen en herdrukken:

De heerlijkheid onthanden. Serpentine / Adder, Antwerpen / Staphorst, 1973. [28]p. Oplage 165 genummerde ex. Gedrukt op vijf kleuren papier. 2de druk 1975; 3de uitgebreide druk 1980, 599p.; 6de druk 1981; 7de druk 1988; 8ste uitgebreide druk 1999, 1546p.

naar boven

Pagina aangemaakt door: Bart FM Droog, 26-11-2013.

---

 

© De Nederlandse Poëzie Encyclopedie, 2013