|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
versie: 01-05-2018 - redacteur: Bart FM Droog
Zie ook: Groninger dichters Ook publiceerde hij gedichten en prozastukken in studentenbladen, onder het pseudoniem N.E.M. Pareau. Eind jaren twintig raakte Scheltema bevriend met Arnold Tammes, die als dichter opereerde onder het pseudoniem J.C. Noordstar.
Ab Visser, in 1967: "Het zal kort na 1930 geweest zijn, dat ik het m.s. [manuscript] van een bundel christelijke verzen naar de onbekende uitgeverij „Ebenhaëzer" in mijn (toenmalige) woonplaats Groningen stuurde. Ik weet het adres niet meer, maar ik herinner mij nog wel, dat ik in vrezen en beven afwachtte, of mijn eerste bundel geaccepteerd zou worden. Het duurde twee jaar voor deze mij geretourneerd werd — door een feestwinkel die ook bruiloftsliederen drukte." Intussen werkte Scheltema gestaag door aan zijn proefschrift. Hij promoveerde in 1934 op Proeve eener theorie der actiones arbitrariae." In 1937 verscheen een merkwaardig interview met N.E.M. Pareau, in het tijdschrift De Waag (dat enkele jaren later een uitgesproken nationaal-socialistische koers zou inslaan, maar dit terzijde). Het interview werd door Johan van der Woude samengesteld op basis van brieven en gesprekken. Enkele fragmenten:
Naar Amsterdam Hensen: "Eind 1945 werd Scheltema hoogleraar Romeins recht en zijn geschiedenis te Groningen (...) Op 11 mei 1946 aanvaardde hij dit ambt met het uitspreken van de rede De nieuwere critiek op de Romeinsche rechtsbronnen uit den tijd voor Justinianus, waarin hij zich onder meer keerde tegen 'het philologisch dilettantisme van vele rechtshistorici'."
Bassilica
Rector-magnificus Als rector-magnificus had hij ook te maken met excessen bij ontgroeningen in het Groninger studentencorps - in september 1958 vielen daarbij meerdere gewonden. Daarover zei hij: "In hun grovere vorm zijn de groentijden een onwaardige en een stijlloze vertoning. In een lichtere vorm kunnen ze me niets schelen, maar helaas bestaat altijd de neiging tot vergroving. Ik heb het gevoel, dat een groot deel van de studenten zelf ook een beetje met de groentijd in de maag zit." Destijds legden studenten bij de hoogleraren thuis hun tentamen af. Scheltema liet ze plaatsnemen op 'de apestoel', een met apenhuis beklede stoel. Dat deed hij, zo verklaarde hij, om de kandidaten op hun gemak te stellen. Af en toe stak hij een fietslamp in z'n neus, waardoor het leek alsof hij een grote snottebel had. H.J. Scheltema was eredoctor aan de Universiteit van Erlangen, Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, lid van de Koninklijke Nederlandse Academie van wetenschappen, ere-lid van de griekse Academie van Wetenschappen, alsmede ere-lid van het Byzantijnse Genootschap van Sicilië. Over N.E.M. Pareau
Noordstar en Pareau. Presentatie en samenstelling Leo Siepe. Plantage Magazine. VPRO-radio, 13-12-1988. Ca. 60 minuten. Een programma over de dichters J.C. Noordstar (1907-1987) en N. Pareau (1906-1981) ; m.m.v. de uitgever Reinold Kuipers , Emile Henssen, biograaf van Pareau, Prof. Jonxis, jeugdvriend van de dichters en Dick Leutscher brengt muziekstukken van Pareau ten gehore, waaronder 'Hommage aan Groningen'.
De Drentsche A. [Met een aantek. van T. van deel]. [J. Meijer], Amsterdam, 1976. 19p. Oplage 45 genummerde ex. Oorspronkelijk verschenen in De vrije bladen, 1934 (jrg. 11, schrift 8 en 9).
Andere literaire genres Bloemlezingen: Dichters van dezen tijd, Van Kampen, Amsterdam, 1941 (14de herz. druk). Dichters van dezen tijd. P.N. van Kampen, Amsterdam, 1950 (17de herz. druk). Het gevleugelde hobbelpaard. Het Spectrum, Utrecht-Antwerpen, 1961. Het Paard,.L.J. Veen, Wageningen, 1971. Aarts' letterkundige almanak voor het P.C. Hooftjaar 1981. Aarts, Amsterdam, [1980]. Inkt van dizze stad. Gemeente Groningen, Groningen, 1990. Groningen. De stad in gedichten. Uitgeverij 521, Amsterdam, 2003.
deze pagina is mede mogelijk gemaakt door: Vrienden van de Nederlandse Poëzie Encyclopedie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||